Longkanker
Longkanker is wereldwijd de meest voorkomende vorm van kanker. Jaarlijks komen er ongeveer 1,8 miljoen nieuwe gevallen bij en zijn er 1,69 miljoen sterfgevallen. Bij slechts 20% van de patiënten wordt de diagnose gesteld als de kanker nog niet is uitgezaaid. Bij een diagnose in een later stadium is de prognose slecht. Er is veel onderzoek nodig naar verbeterde en nieuwe behandelopties. Daarom geeft AstraZeneca voorrang aan het onderzoek naar longkanker. Wij willen behandelingen ontwikkelen voor elk stadium van de ziekte.
In 80 tot 85 procent van alle longkankergevallen is er sprake van niet-kleincellige longkanker (NSCLC). In de overige 15 tot 20 procent van de gevallen wordt de diagnose kleincellige longkanker (SCLC) vastgesteld. Het onderzoek van AstraZeneca richt zich vooral op NSCLC, maar ook wordenonderzoeken bij SCLC uitgevoerd.
Niet-kleincellig longcarcinoom
Er zijn drie vormen van niet-kleincellige longkanker: plaveiselcelcarcinoom, adenocarcinoom en grootcellig ongedifferentieerd carcinoom. De verschillende vormen van longkanker worden vaak op verschillende manieren behandeld. Het is daarom belangrijk om per patiënt vast te stellen om welk soort longkanker het gaat. Bij bepaalde typen longkanker is het bovendien belangrijk om vast te stellen of in de tumorcellen specifieke behandelbaremutaties aanwezig zijn. Een voorbeeld hiervan is een mutatie in het DNA dat codeert voor de epidermale groeifactorreceptor (EGFR) met o.a. ongeremde celgroei en -celdeling als gevolg. Bij patiënten met niet-kleincellige longkanker wordt tegenwoordig steeds vaker moleculaire diagnostiek uitgevoerd waaronder de EGFR-mutatie bepaling
EGFR-mutatie
Als er een EGFR-mutatie is vastgesteld, is het mogelijk om te behandelen met een EGFR-TK Inhibitor. Deze therapie wordt doelgerichte therapie genoemd, omdat de medicatie alleen bindt aan de gemuteerde kankercellen en de gezonde cellen zo veel mogelijk met rust laat. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld chemotherapie dat effect heeft op alle sneldelende lichaamscellen en daarmee ook gezonde cellen vernietigt.